In alle vroegte (6:45) werden we wakker van de wekker. Niet iedereen was daar even enthousiast over, maar goed. Uiteindelijk zaten we rond half acht (gezellig) met z’n allen te smikkelen van het ontbijt. De één genoot van een broodje ei, de ander van een yoghurtje. Nadat de één de tafel afruimde en de ander gitaar speelde, gingen we op weg naar het Kamphuis. Dag 1 was echt begonnen!
Eenmaal daar aangekomen, zetten we alles klaar voor de kinderen. Cor, Jeroen en Frank gingen hen ophalen, terwijl wij onszelf even moesten vermaken. Gelukkig zijn we daar behoorlijk goed in.
Terwijl de rest heerlijk in het zonnetje zat te genieten. Vond Jelle het nodig om de familie Weerheim compleet in te maken tijdens en fanatiek potje tafeltennis.
Toen de kinderen aankwamen, begonnen we met kennismaken. De één gaf een zakelijke handdruk, de ander een high five of een boks. Toen was het feest officieel begonnen…
Er werd gevoetbald, getafeltennist en vooral veel geknuffeld. Daarna was het alweer tijd voor... eten! Ons tweede ontbijt: melk met cereals en een lekker rookworstje. Als toetje kregen we een plakje Indische cake – een droge maar verrassend lekkere mix tussen ontbijtkoek en boerencake. Mmmm!
Daarna zongen we samen liedjes zoals Aramsamsam, uiteraard met de legendarische danspasjes. Vervolgens kregen we nog een extra tutorial gebarentaal bij Roemeense liedjes.
Ons Roosje vertelde daarna een Bijbelverhaal over Jona, en we gingen creatief aan de slag met een knutselopdracht.
Na nog wat spelletjes lunchten we met overheerlijke hotdogs in droog brood.
Toen kwam het hoogtepunt van de dag: met ruim 50 mensen stapten we in 3 auto’s/busjes. Reken maar uit: zo’n 21 (!) mensen in één bus. Het was erg gezellig… en een tikkeltje benauwd.
Vlak voor aankomst bij het ietwat krakkemikkige voetbalveldje begon er ineens een enorm gejuich op te stijgen. De 50 kinderen gingen uit hun dak en de busjes begonnen spontaan te stuiteren – waarschijnlijk niet (alleen) door de staat van de weg.
We sportten op het veld en genoten van het zonnetje. Zelfs de veel te kleine glijbanen werden even getest voor een – zoals ze het zelf noemden – ‘constructiekeuring’.
Terug in het Kamphuis zongen we nog wat liedjes en speelden we spelletjes, terwijl er gekookt werd voor de kinderen. Daarna hebben vier harde strijders nog even afgewassen. En toen was het alweer tijd om afscheid te nemen van de enthousiaste kinderen.
Daarna bezochten we de vuilnisbelt, waar de meesten vorig jaar ook al geweest waren. Het was opnieuw ontzettend indrukwekkend. Eigenlijk waren we er allemaal stil van. Sommige kinderen herkenden we zelfs terug – er liep een jongetje rond dat ik vorig jaar nog op schoot had. Nu zwaaide hij vrolijk naar ons. Zo bijzonder!
Frank hield daar nog een presentatie over zijn werk hier. Voor de meesten was dat geen onbekend verhaal. Het ging over hoe hij in Roemenië terecht is gekomen en het achtergrond verhaal van de mensen op de vuilnisbelt.
Terug in het discipelschapshuis begon de discussie: Wat en waar gaan we eten? De één wilde dit, de ander dat. Uiteindelijk had niemand nog zin om boodschappen te doen en te koken, dus gingen we naar het inmiddels beroemde obesitasplein. Stonden we weer met een hele groep bij de Mac waar geen enkele medewerker op stond te wachten. Het was daarintegen wel weer lekker!
We sloten de dag af in het discipelschapshuis met 1 Johannes 3:17:
‘Mijn kinderkens, laat ons niet liefhebben met den woorde, noch met de tong, maar met de daad en waarheid.’
Het ging over de liefde van God die we proberen uit te dragen naar de kinderen.
Slaap lekker!
Liefs,
Anne-Myrthe en Rosalien
(Credits aan Alwin voor het toevoegen van wat sarcasme en humor in deze blog)
Reactie plaatsen
Reacties
Nog een fijne reis toegewenst, en wat ik altijd zeg: ‘ușa se va rostogoli!’
Lieve mensen,
Wat een dag, wat een dag… Eénentwintig mensen. In mij. Ik hoorde m’n vering zachtjes huilen.
En nee, het gestuiter was niet alleen maar vanwege de gaten in de weg – ik voelde jullie enthousiasme gewoon tot in m’n spatborden.
En over dat "constructiekeuren" van die glijbanen – ik wil alleen zeggen: als jullie ooit mij gaan testen op draagkracht, laat dan alsjeblieft CvdB en JB erbuiten.
’s Avonds nog even langs de Mac? Tuurlijk. Ik stond alweer op de automatische piloot richting het obesitasplein. Ze kennen me daar inmiddels bij naam – ik krijg bijna m’n eigen parkeerplek.
Tot morgen maar weer. Ik ga even m’n motor laten afkoelen en een welverdiend dutje doen.
Met liefdevolle piep en kraak,
Joop de Sprinter